Is voor alle nieuwkomers een ontwikkelingsperspectief nodig?
Tot augustus 2014 namen ontwikkelingsperspectieven (opp’s) een belangrijke plaats in het toezicht op nieuwkomersvoorzieningen. Met de komst van passend onderwijs kan de term ‘ontwikkelingsperspectief’ voor verwarring zorgen. Opp’s zijn namelijk gekoppeld aan ‘extra ondersteuning’ (Wet Passend Onderwijs).
Schoolbesturen bepalen zelf welke leerlingen in aanmerking komen voor ‘extra ondersteuning’. Samenwerkingsverbanden stellen het niveau van de basisondersteuning vast. Nieuwkomers zullen niet altijd voor ‘extra ondersteuning’ in aanmerking komen. In samenwerkingsverbanden waar nieuwkomers onder de definitie van ‘extra ondersteuning’ vallen, is een opp wettelijk verplicht. In samenwerkingsverbanden waar nieuwkomers in beginsel onder ‘basisondersteuning’ vallen, is een opp niet wettelijk verplicht.
In het toezicht sluiten we hier op aan. Dat wil zeggen dat we in geval van ‘basisondersteuning’ nagaan of scholen een doelgericht, plannend aanbod voor alle nieuwkomers realiseren, passend bij het niveau/ontwikkeltempo van deze leerlingen. Dat was en blijft het uitgangspunt, maar we gebruiken de term opp niet meer, omdat de Wet Passend Onderwijs bepaalt dat die is voorbehouden aan leerlingen met extra ondersteuning.
Hoe scholen het doelgerichte en plannende aanbod noemen (‘perspectief’, ‘leerlijn’, ‘stroom’, ‘profiel’, et cetera) is aan de scholen zelf. Wanneer nieuwkomers binnen het samenwerkingsverband onder ‘extra ondersteuning’ vallen, is een opp verplicht en gelden voor het opp de eisen van de Wet Passend Onderwijs. Dat betekent dat in ieder geval een uitstroomniveau moet zijn bepaald, de keuze voor dit niveau moet zijn onderbouwd en beschreven moet zijn welke ondersteuning en begeleiding geboden wordt en, indien aan de orde, de welke afwijkingen van het onderwijsprogramma gemaakt worden.