Ideeën van onderwijsprofessionals voor het verbeteren van het reken- en wiskundeonderwijs
De reflectie op de peilingsresultaten en het gesprek dat daaruit voortkwam, leverden gedachten en ideeën op om de positie van Rekenen en Wiskunde in het voortgezet onderwijs te verstevigen en om het onderwijs in dit domein verder te verbeteren.
Adviezen voor de onderwijspraktijk
Maak als school tijd en geld vrij voor professionalisering van docenten
De focusgroep is van mening dat er meer aandacht moet zijn voor de professionalisering van docenten. Dit met als doel om een andere aanpak in de klas te creëren. Directere instructie, minder chaos in de klas en betekenisvoller lesgeven waardoor leerlingen beter bij de les blijven.
“Als de docent zich geïnspireerd voelt en gepassioneerd is, slaat dit over op leerlingen.”
-Hugo Mulder, docent wiskunde Zaanlands Lyceum en lid van het actualisatieteam kerndoelen
Maak voor leerlingen het belang van het vak nog beter duidelijk
Uit het onderzoek is te concluderen dat niet alle leerlingen het belang van de vakken Rekenen en Wiskunde inzien. Dat is een belangrijk onderdeel van de attitude tegenover de vakken. Het advies van de focusgroep is daarom ook om het belang beter inzichtelijk te maken. Leg de verbinding met het leven en de vervolgopleiding: waarom is dit reken- of wiskunde-onderdeel belangrijk om te kunnen? En met het dagelijks leven. Ook voor bijvoorbeeld het halen van een trein moet je kunnen rekenen.
“Werk aan verbetering van de attitude van leerlingen. Dit kan bijvoorbeeld door vakoverstijgend te werken en te laten zien dat rekenen en wiskunde ook in andere vakken (op dezelfde manier) terugkomen. Hierdoor wordt het vakgebied meer toegepast en leren de leerlingen ook sneller wiskunde en rekenen.”
– Kees Hooyman, rekencoördinator St. Bonifatiuscollege
Adviezen voor het onderwijsbeleid
Stel eisen aan bevoegdheid en professionalisering van docenten
De focusgroep ervaart dat met name in het vmbo wordt gedoogd dat docenten niet bevoegd zijn.
“Sommige leraren in opleiding geven aan dat zelfs het gehele team niet bevoegd is. Zo krijgt het vak van wiskundedocent een negatief imago”
- Trudy van der Kolk, docent en studieleider wiskunde, Driestar hogeschool
Verbeter het professionaliseringsaanbod voor docenten, stelt de focusgroep. Het liefst bij bestaande lerarenopleidingen en met wetenschappelijk onderbouwde kennis. Zorg niet alleen voor inhoudelijke scholing, maar ook voor verdere professionalisering op het gebied van didactiek. Dit moet worden vastgelegd in het beleid van de school en er moet geld voor worden vrijgemaakt. Het is paradoxaal dat docenten – opleiders dus – zélf geen opleiding volgen, en soms nascholing zelfs flauwekul vinden. Een attitudekwestie dus.
“De overheid is wel bezig met geld beschikbaar stellen, via een leer-ontwikkelfonds. Maar dat volstaat niet; je moet docenten stimuleren.”
- Kees Hooyman, rekencoördinator St. Bonifatiuscollege
Maak schoolexamens onderscheidend en van kwalitatief hoger niveau
Leun minder op het centraal examen. Scholen moeten een stimulans krijgen en effectievere aanpakken aangereikt krijgen om goede schoolexamens te maken, bijvoorbeeld met peer review, en ouderbetrokkenheid. Dit zorgt voor borging van de kwaliteit van schoolexamens. Zorg ook voor kwalitatief goede toetsen aan het eind van de onderbouw. Bedenk een manier om kwaliteit van tussentoetsen te borgen.
Adviezen voor verder onderzoek
Onderzoek houding en gedrag van de docent
De focusgroep stelt dat het goed zou zijn om aanvullend onderzoek te doen naar de houding en gedrag van de docent. Vragen die de focusgroep bijvoorbeeld heeft zijn: welke visie hebben ze op wiskundeonderwijs? Observeer hoe ze zich gedragen tijdens de les. Werken ze samen met collega’s, in teams of secties? Is er (voldoende) kennisdeling? Doen ze (voldoende) aan scholing en ontwikkeling? Hoe zit het met het gevoel van autonomie van de docent? Voelt hij of zij zich vertrouwd om bijvoorbeeld af te wijken van de lesmethode?
Onderzoek de verschillen tussen meisjes en jongens
De focusgroep vraagt zich af of er verschillen te ontdekken zijn tussen meisjes en jongens. Bijvoorbeeld welke soorten instructie het meest succesvol zijn om leerlingen beter te maken in rekenen en wiskunde en het vak meer geliefd te maken, maar ook waarom jongens het in Nederland beter doen met Rekenen en Wiskunde dan meisjes. Hierbij moeten de resultaten van het laatste PISA-onderzoek uit 2022 (publicatie december 2023) worden betrokken.
“Is er faalangst bij meisjes? Ik denk van wel. Dit zouden we kunnen uitzoeken.”
- Madeleine Vliegenthart, vakexpert rekenen en wiskunde, Thomas More Hogeschool en Erasmus Universiteit