10. Uitgewerkt lesidee: ‘De boze wolf vertelt’

In deze werkvorm verzorgt u een kant-en-klare les over het sprookje Roodkapje. U ervaart wat betekenisvol leesonderwijs inhoudt in de praktijk. Het doel van deze les voor de leerlingen is leren nadenken over de tekststructuur. Voor uzelf is het doel reflecteren op deze aanpak van een leesles. Deze werkvorm is geschikt voor leerlingen vanaf groep 5 en voorwaarde is dat de leerlingen bekend zijn met de inhoud van het (traditionele) sprookje ‘Roodkapje’ van de gebroeders Grimm.

Deze pagina is ontwikkeld door Jantien Dhont en Joanneke Prenger van SLO in samenwerking met de Inspectie van het Onderwijs.

Voorbereiding

  • Spreek samen met een collega af dat jullie deze les gaan verzorgen
  • Print de tekst ‘De boze wolf vertelt’ voor je klas en knip de tekst in stukken (per alinea)

1. Aan de slag

  1. Verdeel de alinea’s over de leerlingen. Geef iedere leerling een strookje met een alinea of maak duo’s en geef ieder duo een alinea.
  2. Geef 5 minuten voorbereidingstijd, zodat iedere leerling zijn alinea voor zichzelf kan lezen.
  3. Lees nu klassikaal de tekst; degene met de titel erbij begint, daarna leiden kinderen al luisterend af wanneer hun alinea in het verhaal past.
  4. Praat over dit bewerkte sprookje met je leerlingen, bijvoorbeeld aan de hand van de volgende vragen:
    • Roodkapje is een sprookje. Wat zijn de kenmerken van een sprookje?
    • Is dit ook een sprookje? Waarom wel/niet?
    • Vanuit welk perspectief wordt dit verhaal verteld?
    • Vanuit welk perspectief wordt het oorspronkelijke sprookje verteld?
    • Wat zijn de overeenkomsten tussen de 2 verhalen?
    • Wat zijn de verschillen tussen de 2 verhalen?
    • Heb je zelf al eens iets meegemaakt, zoals de wolf in dit verhaal?

2. Ervaringen delen met een collega

Plan een gesprek met je collega die dezelfde les heeft gegeven. Bespreek samen jullie ervaringen. Wat leverde deze aanpak op? Waar liep je tegenaan?